Melkrobot uierreiniging door borstels

kraanwater12
9

Aansluiting van uierreiniging door borstels in de melkrobot.

Wij adviseren minimaal een afsluiter en een atmosferische onderbreking te plaatsen. Wijs 'T' aan voor een afbeelding.

De s-maat van de atmosferische onderbreking en de overloop minimaal twee maal de inwendige middellijn van de aansluitleiding met een minimum van 20mm uitvoeren.

Melkrobot uierreiniging door reiniging via de melkbeker

kraanwater12
19

Aansluiting van uierreiniging door reiniging via de melkbeker in de melkrobot.

Wij adviseren minimaal een afsluiter en een atmosferische onderbreking te plaatsen. Wijs 'T' aan voor een afbeelding.

De s-maat van de atmosferische onderbreking en de overloop minimaal twee maal de inwendige middellijn van de aansluitleiding met een minimum van 20mm uitvoeren.

Melkrobot reiniging algemeen

kraanwater12
29

Aansluiting van algemene reiniging in de melkrobot. (slangen; reiniging tussen melkingen door; reiniging buitenkant)

Wij adviseren minimaal een afsluiter en een atmosferische onderbreking te plaatsen. Wijs 'T' aan voor een afbeelding.

De s-maat van de atmosferische onderbreking en de overloop minimaal twee maal de inwendige middellijn van de aansluitleiding met een minimum van 20mm uitvoeren.

Melkrobot reiniging van melkbekers door stoom, druk < 50 kPa

kraanwater18
301
302
303
304

Aansluiting reiniging van melkbekers door middel van stoom in de melkrobot, waarbij de druk van de stoom lager is dan 50 kPa.

Wij adviseren minimaal een afsluiter en terugstroombeveiliging type EA te plaatsen in de koudwaterleiding. Wijs 'T' aan voor een afbeelding.

Melkrobot reiniging van melkbekers door stoom, druk > 50 kPa

kraanwater12
49

Aansluiting reiniging van melkbekers door middel van stoom in de melkrobot, waarbij de druk van de stoom hoger is dan 50 kPa.

Wij adviseren minimaal een afsluiter en een atmosferische onderbreking te plaatsen. Wijs 'T' aan voor een afbeelding.

De s-maat van de atmosferische onderbreking en de overloop minimaal twee maal de inwendige middellijn van de aansluitleiding met een minimum van 20mm uitvoeren.